OmgevingConnect is een online bibliotheek van Vanden Broele

Ook kleine verkavelingsvergunning komt in het stikstofvizier

Op 30 november 2023 vernietigt de Raad voor Vergunningsbetwistingen een kleine verkaveling van 6 loten omwille van de mogelijke stikstofimpact. Want hoewel zo’n verkavelingsvergunning op zich weinig stikstofemissies met zich meebrengt, oordeelt de Raad dat de vergunningverlenende overheid onterecht is voorbijgegaan aan een mogelijke stikstofimpact.

 

Ook verkavelen gaat gepaard met stikstof

Een kleine vastgoedvennootschap wil op een terrein in Lier een kleine verkaveling met zes loten aanleggen. Zij vraagt hiervoor een verkavelingsvergunning aan en verkrijgt die zowel in eerste aanleg als in graad van beroep. Een omwonende trekt echter naar de Raad van State met onder meer de boodschap dat de verkavelingsvergunning tot een stikstofimpact kan leiden en die impact niet is beoordeeld.

De Raad voor Vergunningsbetwistingen komt in een arrest van 30 november 2023 tot eenzelfde idee en oordeelt dat de vergunningverlenende overheid onterecht geen rekening houdt met de stikstofemissies. De vergunningverlenende overheid stelt onomwonden dat de aanvraag “geen ingedeelde inrichting of activiteit” betreft en “niet in stikstofuitstoot” voorziet. De Raad ziet dit echter anders, wijst erop dat stikstofemissies niet beperkt zijn tot ingedeelde inrichtingen of activiteiten. Ook bij de uitvoering van de werken kunnen stikstofemissies vrijkomen ten gevolge van het bijkomende verkeer. De Raad concludeert dan ook dat de vergunningverlenende overheid haar beoordeling niet kon beperken “tot de vaststelling dat de aanvraag geen ingedeelde inrichting of activiteit is”.

Het arrest

RvVb 30 november 2023, nr. RvVb-A-2324-0247 in de zaak met rolnummer 2223-RvVb-0294-A


Brede toepassing van de passende beoordeling

De vergunningverlenende overheid ging overigens inderdaad foutief uit van het idee dat een passende beoordeling enkel noodzakelijk zou zijn voor ingedeelde inrichtingen of activiteiten. Dit klopt niet. Een passende beoordeling is volgens artikel 36ter van het Natuurdecreet noodzakelijk bij ieder project dat tot betekenisvolle effecten op een nabijgelegen speciale beschermingszone kan leiden.

Hoewel stikstofemissies in principe meer en sneller zullen voorkomen bij ingedeelde inrichtingen of activiteiten (bv. industriële installaties of veehouderijen), kunnen ook stedenbouwkundige of verkavelingsprojecten tot bepaalde stikstofemissies leiden. Zo kan het gaan over stikstofemissies door het gebruik van stroomgeneratoren of emissies ten gevolge van werfverkeer, verwarmingsinstallaties of bijkomende mobiliteit. Zo’n emissies zullen in de praktijk vaak zeer beperkt zijn, wat natuurlijk niet uitsluit dat het neerslaan van deze emissies op een speciale beschermingszone ook tot een minimale stikstofimpact kan leiden.

Het kan voor sommige stedenbouwkundige of verkavelingsprojecten dus aangewezen zijn op bij het voorbereiden van de omgevingsvergunningsaanvraag stil te staan bij die beperkte stikstofemissies en de eventuele stikstofimpact ervan. Bovendien gaat het hierbij niet enkel over de emissies tijdens de uitvoeringsfase, maar ook tijdens de aanlegfase van het project.

 

Residentieel vastgoed

Het besproken arrest is uitzonderlijk, nu voor de eerste maal een residentieel vastgoedproject sneuvelt omwille van het ontbreken van een beoordeling over de stikstofimpact. Dit precedent is tekenend voor de onzekerheid die heerst na het Stikstofarrest van 21 februari 2021 en het Ineos-arrest van 20 juli 2023. Bij gebrek aan een kader dat aangeeft hoe de stikstofimpact van een project moet worden beoordeeld, is het onduidelijk hoe de impact van uiterst kleine, minieme stikstofemissies moet worden ingeschat.

In dit geval zie je wel dat de vergunningverlenende overheid vooral in de fout is gegaan door aan te nemen dat de passende beoordeling enkel van toepassing is op ingedeelde inrichtingen en projecten. Dit klopt inderdaad niet, ook stedenbouwkundige en verkavelingsprojecten kunnen onder de passende beoordelingsplicht vallen.

Wel is het de vraag hoe de vergunningverlenende overheid dan wel rekening had moeten houden met de stikstofemissies? De emissies bij zo’n beperkt verkavelingsproject zullen in principe dermate beperkt zijn, dat die eigenlijk vrijwel niet tot een stikstofimpact kunnen leiden en/of het in de praktijk moeilijk zal zijn om die stikstofimpact te kunnen aantonen. Dit arrest benadrukt de noodzaak voor een voorzichtige evaluatie van stikstofemissies bij alle projecten, ongeacht hun grootte, en signaleert een groeiende aandacht voor milieueffecten in de residentiële vastgoedsector.

Deel deze update via LinkedIn
Deel deze update via Facebook
Deel deze update via Twitter
Deel deze update via e-mail

Lees meer in OmgevingConnect

Al onze nieuwsberichten in uw mailbox?

Schrijf u in op onze gratis nieuwsbrief en blijf op de hoogte van nieuwe regelgeving, relevante actualiteit, niet te missen opleidingen en studiedagen, ...