Integratie effectbeoordeling in ruimtelijke uitvoeringsplannen
Het ruimtelijk uitvoeringsplan of RUP is een ruimtelijk instrument dat gebruikt wordt door de drie verschillende bestuursniveaus in Vlaanderen: het gewest, de provincie, en de gemeenten. Een belangrijk onderdeel van een ruimtelijk uitvoeringsplan is de effectbeoordeling, veelal wettelijk verplicht. De bekendste effectbeoordeling is wellicht de (plan)milieueffectrapportage (MER), met als doel na te gaan welk effect het ruimtelijke uitvoeringsplan heeft op mens en milieu. Bestaan daarnaast nog: de passende beoordeling, watertoets, ruimtelijke veiligheidsrapportage, mobiliteitseffectenrapportering, landbouweffectenrapportering, maatschappelijke kosten-baten analyse, …
Onder meer de manier waarop deze effectboordelingen worden uitgevoerd, en het gevolg dat hieraan gegeven werd in de ruimtelijke uitvoeringsplannen zelf, zorgde de voorbije jaren wat vaker dan lief voor ruimtelijke uitvoeringsplannen die werden geschorst of vernietigd.
In het staatsblad van 19 augustus 2016 werd het Decreet van 1 juli 2016 tot wijziging van de regelgeving voor ruimtelijke uitvoeringsplannen teneinde de planmilieueffectrapportage en andere effectbeoordelingen in het planningsproces voor ruimtelijke uitvoeringsplannen te integreren door wijziging van diverse decreten gepubliceerd.
Dit ‘Integratiedecreet’ integreert de diverse effectbeoordelingen in het planningsproces van de gemeentelijke, provinciale en gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, en moet zo een eind helpen maken aan de juridische onzekerheid van afgelopen jaren. Het decreet treedt pas in werking op een datum bepaald door de Vlaamse regering. Het is nu wachten op het uitvoeringsbesluit.
De tekst van het decreet en de parlementaire bespreking kunt u uiteraard hieronder en in OmgevingConnect raadplegen.